WILLEMSTAD – Door de Raad van Commissarissen van de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten (de “Centrale Bank”) is met inachtneming van artikel 20, derde lid, van het Centrale Bank-Statuut voor Curaçao en Sint Maarten op 1 september 2017 de aanbeveling gedaan om de heer dr. E.D. Tromp tussentijds te ontslaan als President van de Centrale Bank.
Bij brief van 2 september 2017 hebben de Minister van Financiën van Curaçao en de Minister van Financiën van Sint Maarten (de ”ministers”) aan de heer Tromp bericht dat zij zich in die aanbeveling kunnen vinden en voornemens zijn om hem als President van de Centrale Bank te ontslaan. In de brief is aan de heer Tromp tevens de gelegenheid geboden om zijn zienswijze te geven op het voornemen tot ontslag.
Bij brief van 7 September 2017 is de zienswijze namens de heer Tromp door diens gemachtigde gegeven. De in de brief van 7 september 2017 gemaakte bezwaren hebben voor de ministers geen aanleiding gevormd om af te zien van het tussentijds ontslag van de heer Tromp als President van de Centrale Bank.
Het tussentijdse ontslag van de heer Tromp is neergelegd in het Landsbesluit van 17 oktober 2017, no. 17/2936, van Curaçao en het gelijkluidende Landsbesluit van 17 oktober 2017, no. LB17/0543, van Sint Maarten. Deze landsbesluiten zijn gisteren, 25 oktober 2017, aan de heer Tromp bekendgemaakt.
Het personeel van de Centrale Bank is hierover reeds geïnformeerd door de heer Romero als waarnemend President van de Centrale Bank.
Willemstad, 26 oktober 2017 CENTRALE BANK VAN CURACAO EN SINT MAARTEN