Door de maatregelen die vanwege de COVID-19 crisis genomen zijn, is het geruime tijd niet mogelijk geweest van en naar Caribisch Nederland te reizen. Door de reisbeperkingen die per 14 maart 2020 ingevoerd werden, zijn er mensen die buiten hun schuld om de vrije verblijfstermijn overschreden hebben. De Koninklijke Marechaussee, de IND en het Openbaar Ministerie hebben samen besloten een coulanceregeling toe te passen voor de mensen die door de reisbeperkingen noodgedwongen te lang binnen Caribisch Nederland verbleven zijn.
De vrije (verblijfs)termijn geldt voor mensen die geen ingezetenen van Caribisch Nederland zijn. Zij kunnen voor een bepaalde tijd binnen Caribisch Nederland verblijven zonder verblijfsvergunning of verklaring van rechtswege. De duur van deze periode hangt af van de nationaliteit van de persoon en van in welk land de persoon woont. Als iemand over de vrije termijn overschrijdt, kan deze persoon bij de uitreiscontrole een boete krijgen.
Door de plotse sluiting van het luchtruim op 14 maart 2020, was het voor sommigen niet mogelijk om vóór het einde van hun vrije termijn te vertrekken uit Caribisch Nederland. Voor deze mensen geldt nu een bijzondere regeling. Niet-ingezetenen die op 14 maart 2020 nog binnen hun vrije termijn in Caribisch Nederland waren maar door de ingevoerde reisbeperkingen niet uit konden reizen, krijgen bij vertrek geen boete als de vrije termijn tijdens de duur van de reisbeperkingen is overschreden. Deze personen moeten wel zo snel mogelijk nadat reizen weer mogelijk is, vertrekken uit Caribisch Nederland.
Niet-ingezetenen waarvan de vrije termijn reeds voor 14 maart 2020 verstreken is, worden geacht Caribisch Nederland zo snel mogelijk te verlaten. Het boetebedrag voor het overschrijden van de vrije termijn loopt op naarmate de duur van de overschrijding langer is. Wel wordt bij de berekening van de boete, de periode vanaf 14 maart tot aan de dag van opheffing van de reisbeperking, buiten beschouwing gelaten.
Door de reisbeperkingen kan het ook zo zijn dat de verblijfsvergunning of het paspoort van gestrande personen is verlopen. Niet-ingezetenen met een verlopen paspoort kunnen reizen naar het land van herkomst zolang het betreffende land het verlopen paspoort accepteert. Voor personen waarvan de verblijfsvergunning tijdens de reisbeperking is verlopen, gaat automatisch de vrije termijn lopen en is bovenstaande regeling onverminderd van toepassing.